Eerdere lezingen 2002

2002
10-02-2002 - "Gekleurde armoede" : Ruben Gowricharn
Professor Gowricharn is sinds vorig jaar bijzonder hoogleraar sociale cohesievraagstukken aan de Katholieke Universiteit Brabant.
Onderzoek wijst uit dat allochtonen een steeds grotere deel uitmaken
van de armen in Nederland: zowel in absolute aantallen als in percentage
van het geheel is er een toename.
10-03-2002 - "Het nieuw-religieuze verlangen" : Anton van Harskamp
Dr. Anton van Harskamp is als godsdienstfilosoof verbonden aan het
Bezinningscentrum van de Vrije Universiteit in Amsterdam. In 1998 was een
artikel van zijn hand over “De religieuze ruis in Nederland. Thesen over de
versterving en de wedergeboorte van de godsdienst” aanleiding tot een
gelijknamig boek.
Tot voor kort wees alles erop dat religie in Nederland een langzame maar
zekere dood tegemoet ging. Rapporten, onder meer van het Sociaal en
Cultureel Planbureau, toonden aan dat Nederland en in iets mindere mate
West-Europa hierin een aparte plaats in de wereld inneemt. Immers, in Afrika,
Amerika en Azië is de religie in opmars, ook in de vorm van evangelicalisme
en islam. Dr. Anton van Harskamp zal op zondag 10 maart 2002 voor het
Agnietenconvent uiteenzetten dat zulke beschouwingen over de situatie in
Nederland geen rekening houden met de sterk toegenomen individualisering
van religiositeit. Traditionele kerkelijke structuren raken uit de belangstelling,
maar daarmee heeft religie voor mensen allerminst afgedaan. Die zoeken
naar andere wegen, soms in een volstrekt individuele beleving van de religie,
velen sluiten zich aan bij de evangelicale beweging, anderen zoeken het in
New Age. Religie is niet “terug”, omdat religie nooit is weggeweest.
14-04-2002 - "Schoon en goed in kinderboeken". Heeft jeugdliteratuur een opvoedende werking? : Helma van Lierop
Helma van Lierop-Debrauwer (1955) studeerde Nederlandse taal- en
letterkunde aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Zij promoveerde op een
onderzoek naar de rol van het gezin in de literaire socialisatie van jonge
kinderen. Vanaf 1990 is ze universitair docent en vanaf 2001 hoogleraar
jeugdliteratuur aan de Katholieke Universiteit Brabant. Daarnaast bekleedt ze
sinds 1998 als bijzonder hoogleraar de Annie M.G. Schmidtleerstoel voor
kinder- en jeugdliteratuur aan de Universiteit Leiden.
Vanaf de tweede helft van de achttiende eeuw bestaat er voor kinderen eigen
literatuur. Er was aandacht voor de ontwikkeling van het kind en daarmee
ontstond behoefte aan eigen lectuur voor kinderen. Het voornaamste doel van
die boeken was kinderen kennis bij te brengen en hen door die kennis op te
voeden tot deugdzame mensen. Het kinderboek fungeerde in de eerste plaats
als opvoeder. Hoe is hetvandaag gesteld met de verhouding tussen schoon en goed in kinderboeken?
En wat vinden de bemiddelaars van het kinderboek (ouders/opvoeders,
onderwijzers, boekhandelaren e.a.) daarvan?
13-10-2002 - "" Kwaliteit van arbeid in het perspectief van zingeving en zelfontplooiing" : Anton Westerlaken
Mr. Anton Westerlaken. Is voorzitter van de Raad van Bestuur van 's Heerenloo, een belangrijke instelling voor intramurale zorg, en oud-voorzitter van het CNV.
Sommigen zien in werk slechts een manier om de kost te verdienen, zij kennen aan het werk geen intrinsieke waarde toe. Anderen zien in werk vooral een mogelijkheid tot zelfontplooiing en zelfverheffing. Dat onderstreept het belang van het denken over de kwaliteit van arbeid en, meer in het algemeen, over de kwaliteit en de zin van het leven. Wie vindt dat werk mede de mogelijkheden bepaalt om mens te zijn, die zal ook stringente eisen willen stellen aan werk. In die visie heeft het management van bedrijven en instellingen een belangrijke taak om de kwaliteit van arbeid te bevorderen.
10-11-2002 - "De behoefte van jonge mensen aan een andere manier van leven": Huib W. Schwab
Drs. Huib Schwab is filosoof en natuurkundige en in die hoedanigheid verbonden aan de Montessori Scholengemeenschap en aan de Gerrit Rietveld Academie te Amsterdam. Als voorzitter van de Vereniging van Docenten Filosofie in het Voorgezet Onderwijs heeft hij leiding gegeven aan de invoering in 1998 in Nederland van het vak filosofie.
Over de jeugd werd al in de tijd van Socrates geklaagd: jongeren zijn lui, arrogant en hebben geen respect voor ouderen. Deze klacht verbleekt bij het geweld dat nu soms zichtbaar wordt onder jongeren van verschillende leeftijden en verschillende groepen.
Huib Schwab analyseert dit vraagstuk vanuit de filosofie en de pedagogie en komt tot een aantal prikkelende standpunten. Een richtinggevende cultuur ontbreekt. Niet de jeugd maar hun ouders en opvoeders (de baby boomers) leiden aan een moraal crisis. Jongeren willen groot gebracht worden in een echte cultuur (en niet in een economie). Ze willen doelen zien die hen vanuit de traditie worden aangereikt en in zo'n echte cultuur hun manier van leven uitvinden. Het ontbreken van visie ( van hun opvoeders) en een houding van 'alles is mogelijk' maakt hen duidelijk dat de cultuur zichzelf om zeep heeft gebracht.
Het doel van elke cultuur van elke samenleving is om binding met de verschillende aspecten van jezelf, binding met anderen en binding met de cultuur zelf te bewerkstelligen. Die binding is in een samenleving waarin de lust en de macht van de markt overheerst niet te ontwikkelen.